Draisma Bouw werkt continue aan kwaliteit en opleiden

23-2-2022 | Zes timmerlieden, onder wie Christine Slootstra, en een calculator/werkvoorbereider van Draisma Bouw volgen momenteel de NCE-opleidingen Specialist Restauratie Timmeren en Professional Restauratie. “De basis voor het in stand houden van ons erfgoed is goed vakmanschap”, zegt adjunct-directeur Kees van Buuren, “we werken continue aan kwaliteit en het opleiden van onze medewerkers. Dat is goed voor de continuïteit van het bedrijf, van het vakmanschap en voor het behoud van het erfgoed.”

Draisma Bouw is een van oorsprong Fries familiebedrijf dat al ruim 140 jaar bestaat. Sinds 2018 is het bedrijf gecertificeerd als erkend restauratiebouwbedrijf. Het bedrijf was eerder al opgenomen in het register van de kwaliteitsregeling Kennis & Kunde. Bij de business unit Restauratie werken zo’n 15 tot 20 mensen, al naar gelang de omvang van de lopende projecten. Ook medewerkers van de business unit Renovatie en Service & Onderhoud hebben met opdrachtgevers als Geldersch Landschap & Kasteelen regelmatig te maken met monumenten.  “We hebben ons laten certificeren voor het ERB-certificaat van de Stichting ERM, omdat er een markt is voor gekwalificeerd restauratiewerk. Dat biedt continuïteit. Ons bedrijf bestaat sinds 1878. Hoe mooi is het als we over 100 jaar nog bestaan! Wil je dat bereiken, dan is het belangrijk om vakmanschap in elke tijd te borgen”, vertelt Kees.

Supergemotiveerde mensen

 “Je ziet vaak supergemotiveerde mensen in de restauratie. Als vaklieden bij ons komen werken kijken we in het eerste jaar of iemands interesse echt bij de restauratie ligt en of wij dat ook zien. De vraag is dan: Vinden wij dat iemand de skills heeft om zich te ontwikkelen tot restauratievakman of -vrouw? En het moet van beide kanten klikken natuurlijk”, legt Kees uit, “de vaklieden kiezen met hart en ziel voor het vak, die intrinsieke motivatie heb je nodig in de restauratie en zeker ook om naast je werk en gezin een opleiding te volgen. Doordat je gemotiveerd bent is het te doen. Best een opgave. Wij geven de ruimte, bijvoorbeeld in studietijd.”

100% restauratieachtergrond maar (nog) geen diploma

Christine Slootstra is een van die supergemotiveerde mensen. Ze werkt sinds drie jaar als timmervrouw bij Draisma Bouw. “Ze vroegen iemand met een restauratieachtergrond. Dat had ik 100 %, maar ik had geen diploma’s voor restauratiewerk. Draisma heeft me toch in dienst genomen en de kans gegeven om de opleiding Specialist Restauratie Timmeren te gaan volgen om alsnog het diploma te halen. Dat is een fantastische kans”, vertelt Christine, “ik ben in Friesland opgegroeid en heb leren timmeren bij een kleine aannemer in Wolvega. Daar werkte ik aan oude boerderijen en koloniehuisjes, ver van de nieuwbouw verwijderd. Ik heb de LTS gedaan en daarna het Primair en Voortgezet Timmeronderwijs. Na mijn verhuizing naar Gelderland in 2000 ben ik gaan werken bij de WBC Bouwgroep en daarna bij Draisma.”

Wat de opleiding Christine brengt, blijkt tweeërlei: “Er komen veel dingen naar voren die ik niet wist, zoals bijvoorbeeld dat de zuren in eikenhout lood aantasten. Daarnaast worden allerlei situaties besproken die je kunt tegenkomen, bijvoorbeeld een scheur in de gevel van een boerderij. Vanuit de praktijk benader je zo’n probleem heel anders dan vanuit de boeken. Door mijn ervaring heb ik vaak een andere kijk dan de docent. Dat levert soms interessante discussies met de docent op.”

Visie op vakmanschap: 'Stel jezelf vragen'

Christine heeft een duidelijke visie op het restauratievakmanschap: “Het uit je hoofd leren van de uitvoeringsrichtlijnen is geen pretje, maar wel noodzakelijk. Voordat je als timmerman aan de slag gaat, zijn er al vele slagen voorafgegaan waarin de URL-en belangrijk zijn om toe te passen. Daar zorgt als het goed is je werkgever voor. Als restauratietimmervrouw denk ik natuurlijk ook zelf na. Mij is geleerd om, als ik een door houtrot aangetast kozijn in een 200 jaar oud pand moet herstellen, me af te vragen hoe het kan dat zo’n kozijn ineens is gaan rotten. Een restauratievakman stelt vragen en kijkt goed voordat hij of zij wat doet. Dat is heel belangrijk voor jongere vaklieden om goed aan te leren.”

Het restauratievak zit in Christine’s hart: “Timmeren is mijn lust en mijn leven. Ik kan er niet tegen dat dingen kapot gemaakt worden of weggegooid. Historische onderdelen zijn uniek, die kun je niet kopen. Ze zijn gemaakt van hout dat nu niet meer verkrijgbaar is. Als je dat weggooit, komt het nooit meer terug. Dat besef mist vaak in de bouw. Ik ben heel blij met de animo voor de opleiding. Ik ga 200% voor de opleiding, ik vind het erg leuk om tekeningen te maken, om uit te denken hoe ik iets ga aanpakken. Het hoe, wat en waarom van een gebouw vind ik boeiend, dat je een gebouw kunt lezen en je daarbij afvraagt waarom is dit zoals het is? Hoe kun je dit behouden?”

In overleg met opleidingscoördinator John van de Heuvel gaat Christine een gastles geven aan de medestudenten over bouwkunst van vroeger en de gulden snede: “Ik heb een voorliefde voor de oude geometrie, Vitruvius, Leonardo da Vinci, dat fascineert me mateloos. De maatvoering van vroeger is gebaseerd op goede proporties in een gebouw, waarbij de afdracht van krachten optimaal verloopt. Ons metrisch systeem bestaat sinds de Napoleontische tijd en is dus nog niet zo heel oud. Belangrijk dus om te begrijpen hoe de oudere maatsystemen werkten.”

Interesse?

Kijk hier voor meer informatie/inschrijven:

Foto's: Draisma Bouw restaureert en renoveert drie onderdelen van Paleis het Loo, de restaurantvleugel, de Prins Hendrik garage en het stallencomplex.

Foto boven: Voor de productie van nieuwe kozijnen bestudeerde Christine het laatste oorspronkelijke kozijn: “Uiteraard waren er werktekeningen , maar ik wilde zien hoe de originele verbindingen in elkaar zaten. Alles heeft een reden, die verbindingen zijn zo gemaakt omdat ze dan sterk genoeg zijn om de krachten op het kozijn op te vangen. Dus zo wil ik het nieuwe kozijn ook maken.”

Foto beneden: In de timmerfabriek van Draisma zijn voor de voormalige tuinmuur links van de linkervleugel van het Paleis ’t Loo, onder andere een pseudo vleugeldeur (openslaande deuren compleet met stolpnaad) en kozijnen met kruisroeden gemaakt. De eikendeuren zijn opgeklampt, niet door de klampen erop te spijkeren, maar door een mooie zwaluwverbinding te maken. Echt vakmanschap.